Voor de Marina Abramović-tentoonstelling geldt een toeslag. Zie Stedelijk.nl/toeslag, ook voor uitzonderingen.

Theorie — 30 okt 2016

Prijs
Tickets regulier €10 / student €7,50
Locatie
Teijin Auditorium
Tijd
30 okt 2016, 13.00 tot 16.00
Taal
Engels
Toegang
Ticket regulier ticket student

Stedelijk UNIVERSITY biedt jaarlijks op de zondagmiddag een korte collegereeks over actuele thema’s in de hedendaagse kunsttheorie en het museale veld. De eerste editie wordt verzorgd door professor Thomas Elsaesser (emeritus hoogleraar Media en Cultuur aan de Universiteit van Amsterdam en sinds 2013 verbonden aan Columbia University, New York).

Het centrale thema van de The Moving Image in the Museum: The Cinema Experience Relocated is de wijze waarop hedendaagse kunst steeds meer gebruik maakt van film, video en de geschiedenis van de cinema. De vijf lezingen zijn hoogtepunten uit een collegereeks die Elsaesser eerder dit jaar gaf aan Columbia University.

Deze tweede lezing, op zondag 30 oktober 2016 is getiteld:

Between Suspense and Labyrinth: Alfred Hitchcock in the Museum.

Ergens tussen de jaren 80 en 2000 schaarde Alfred Hitchcock, begaafd vakman die zich kenmerkte door morbide fantasie en bijtende spot, zich tussen de grote kunstenaars van de twintigste eeuw zoals Picasso en Duchamp. Hitchcocks naam is uitgegroeid tot een bijvoeglijk naamwoord en net als bij Picasso weet iedereen hoe zijn werk eruit ziet, en 'voelt', of men het nu heeft bestudeerd of niet. Hitchcocks gewijde status kwam tot completering in 2001, toen de volprezen tentoonstelling Hitchcock et l’Art: Coincidences Fatales opende, eerst in Montreal en daarna in het Centre Pompidou in Parijs. Al daarvoor was Hitchcock uitgegroeid tot een dankbaar onderwerp voor hedendaagse kunstenaars als we kijken naar het aantal dat leunt op de regels van de 'master of suspense' en de sfinx van de 'pure cinema': Judith Barry (1980), Victor Burgin (1984), Cindy Sherman (1986), Stan Douglas (1989), Christian Marclay (1990), Douglas Gordon (1993), David Reed (1994), Pierre Huyghe (1995), Tony Oursler (1996), Cindy Bernard (1997) en Matthias Müller- Christoph Girardet (1999). Deze lezing probeert door te dringen tot de fascinatie van hedendaagse kunstenaars met de filmmaker en onderzoeken hoe een filmmaker die sterk wordt geasssocieerd met 'suspense', een effect dat afhankelijk is van lineaire tijd, postuum kan uitgroeien tot een zo succesvol kunstenaar in het museum of de galerie, een ruimte voor overpeinzing die het nastreeft tijdloos te zijn.

ALLE LEZINGEN IN DEZE REEKS

16 okt             Inleiding: Cinema and Museum: Rivals or Partners?
30 okt              Between Suspense and Labyrinth: Alfred Hitchcock in the
                         Museum
13 nov             The Poetics and Politics of Obsolete: Tacita Dean and the 
                         Materiality of Celluloid
20 nov             The Art of Projection and the Return of the Phantasmagoria: 
                         Johan Grimonprez' Dark Ages
11 dec             Slotbeschouwing: Attention, Distraction & the Distribution of the Senses 

MEER OVER ‘THE MOVING IMAGE IN THE MUSEUM’

In de afgelopen dertig jaar heeft de cinema zichzelf op meerdere manieren opnieuw uitgevonden: als post-fotografisch medium, als wereldwijde vorm van vermaak en als openbare sfeer van algemeen belang. Maar het is ook binnengedrongen in musea, galeries en kunstruimten als een grote publiekstrekker, als een ruimte voor zelfreflectie en als middel voor activistische interventies. Klassieke regisseurs zoals Alfred Hitchcock en Jean Luc Godard krijgen een retrospectief in het museum, terwijl belangrijke tentoonstellingen alle ruimte geven aan eigentijdse filmmakers (Abbas Kiarostami, Chantal Akerman, Harun Farocki, Agnes Varda, Johan Grimonprez). Deze presentaties belichten vaak de fundamentele tegenstrijdigheden en inherente tegenstellingen van dit soort ontmoetingen tussen hedendaagse kunstpresentaties en film.

De migratie van bewegende beelden (en geluiden) naar het museum zou een signaal kunnen zijn dat de cinema eindelijk erkend is als dé kunstvorm van de twintigste eeuw. Daarmee zou cinema het recht hebben verworven om binnen te treden in de traditionele instellingen waar het als artistiek en cultureel erfgoed wordt bewaard en gekoesterd. Deze verhuizing kan echter ook bevestigen dat de cinema 'dood' is verklaard, met het idee dat de cinema nu klaar wordt gestoomd om in de archieven te worden opgenomen en daar als verouderde kunstvorm te mummificeren.

In deze collegereeks wordt de vraag aan de orde gesteld in hoeverre de 'zwarte doos' en de 'witte kubus' elkaar aanvullen, tegenwerken of op productieve wijze prikkelen in een nieuwe constellatie van ruimte, tijdsduur en publieksbenadering. Aan de hand van casestudies komen algemene onderwerpen aan de orde als: projectie, appropriatie, veroudering, het archief, found footage, documentaire en het filmessay.

MEER OVER PROF. THOMAS ELSAESSER

Thomas Elsaesser is professor emeritus aan de faculteit Media en Cultuur van de Universiteit van Amsterdam. Van 2006 tot 2012 was hij Visiting Professor aan Yale en sinds 2013 is hij Visiting Professor aan Columbia University. Elsaesser was een van de oprichters van ASCA, de Amsterdam School of Cultural Analysis, en is hoofdredacteur van 'Film Culture in Transition' van de Amsterdam University Press, een reeks boeken waarvan dit jaar het vijftigste deel verschijnt. Elsaesser heeft vele prijzen en onderscheidingen gekregen, waaronder Fellow of the British Academy en Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw. Recentelijk verschenen van hem onder meer de boeken German Cinema - Terror and Trauma: Cultural Memory Since 1945 (Routledge, New York 2013), Film Theory - An Introduction through the Senses (met Malte Hagener, tweede herziene druk, Routledge, New York 2015) en Film History as Media Archeology (Amsterdam University Press, 2016). Hij werkt momenteel aan de afronding van een boek over European Cinema and Continental Thought (Bloomsbury, Londen 2017). Meer informatie en essays zijn te vinden op www.thomas-elsaesser.com