Nieuws — 30 jun 2009

Aanleiding voor de bouw van het nieuwe depot
Het gerenoveerde en uitgebreide Stedelijk Museum aan het Museumplein zal straks op alle gebieden voldoen aan de hedendaagse eisen. Daarnaast wordt ook een extern depotgebouw gerealiseerd met een totale oppervlakte van 9.000 m2 bruto, met circa 5.500 m2 waar daadwerkelijk kunst wordt opgeslagen. 

Die ruimte is nodig, want het Stedelijk Museum bezit één van de grootste collecties moderne kunst ter wereld, bestaande uit ruim 90.000 objecten. De collectie bestaat uit circa 4.400 schilderijen, 1.650 sculpturen en 620 films en videotapes; circa 19.000 prenten en tekeningen, ruim 11.000 foto’s en ruim 4.000 kunstenaarsboeken; circa 8.000 voorwerpen toegepaste kunst en industriële vormgeving (glas, keramiek, sieraden, textiel, meubels en apparaten), een kleine 20.000 affiches en ongeveer evenzoveel typografische items.

Het beheer van de collectie, het conserveren en het restaureren van kunstwerken, het beheren van het depot en het regelen van de bruiklenen is een voor het publiek weinig zichtbare activiteit, maar in de organisatie van een museum van groot belang. Op dit moment beschikt het museum over drie depots. Deze depots en een deel van de bijbehorende functies zoals de restauratieateliers en werkplaatsen worden nu samengevoegd tot één centraal depotgebouw, met de modernste voorzieningen.

Wat gebeurt er in een depot?
Het primaire doel van een depotgebouw is het opslaan van de collectie onder optimale omstandigheden. Deze omstandigheden betreffen niet alleen de klimatologische en beveiligingsaspecten maar ook de toegankelijkheid en overzichtelijkheid van de collectie. 
De kunstwerken moeten beschikbaar zijn voor transporten (voor bruiklenen en eigen tentoonstellingen), en voor restauratie, registratie en documentatie. 
restauratie van kunstwerken: er zijn restauratieateliers voor onder meer schilderijen, beelden, werken op papier en toegepaste kunst en vormgeving. 
De restauratieateliers voor schilderijen en beelden worden in het gebouw aan het Museumplein ondergebracht. De overige ateliers zijn in het depotgebouw gevestigd
technische werkzaamheden zoals tentoonstellingsvoorbereiding: werkplaatsen waarin tentoonstellingsmaterialen worden geproduceerd, zoals sokkels en dergelijke
emballage: in de emballageruimte ruimte worden kunstwerken gereed gemaakt voor vervoer. Er worden bijvoorbeeld bewaarkisten en steunconstructies op maat gemaakt die voor permanente opslag van objecten noodzakelijk zijn
-  ontvangen bezoekers: er worden in geringe mate bezoekers ontvangen ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek, educatie en voorbereiding van tentoonstellingen en bruikleenverkeer. (per jaar leent het Stedelijk gemiddeld 1.000 werken uit). Er is ook een studieruimte voor wetenschappelijk onderzoek
depotbeheer: behoudsmedewerkers dragen zorg voor de organisatie en registratie van het verkeer in en uit de depots en zijn verantwoordelijk voor de preventieve conservering van de collectie. Er is ook een quarantaineruimte om kunstwerken te ontsmetten voordat ze in het depot worden geplaatst.
beveiliging: het spreekt voor zich dat er sprake is van permanente beveiliging
transport: vanuit het depot worden kunstwerken getransporteerd, naar het Museumplein en naar andere locaties.

Het ideale klimaat
Een depot bouwen is precisiewerk. Klimaat is van groot belang, de wijze van inrichten (de doorgangen moeten bijvoorbeeld nauwkeurig afgestemd zijn op de grootte van kunstwerken) en binnen het gebouw moeten werkzaamheden zeer goed op elkaar afgestemd worden, anders zou het ongewenste effecten kunnen hebben voor de collectie. Zo mag er vanuit de timmerwerkplaats absoluut geen stof terechtkomen bij de kunstwerken in een ander deel van het depot. 

Zoals gezegd, is het klimaat van primair belang en de condities zijn per collectieonderdeel verschillend. De depots binnen het gebouw, in de ruimten waar de kunst wordt opgeslagen, kent wel vijf verschillende klimaatcategorieën. Het is een constant spel van verwarming, luchtkoeling, bevochtiging en ontvochtiging. Het Stedelijk Museum heeft in nauwe samenwerking met het ICN (Instituut Collectie Nederland) de klimaatcategorieën samengesteld:

Schilderijen, papier (o.a. tekeningen, aquarellen, pastels, prenten, behang, etsen), sculpturen gemengd materiaal, textiel (o.a. kostuums, tapijten), leer, perkament, glas, kunststoffen, keramiek, steen, beton, houten voorwerpen (o.a. meubels en beelden) hebben een temperatuur nodig tussen de 16-22°C en een relatieve luchtvochtigheid van 51 ± 1½ %.

Kunstwerken gemaakt van metalen (ijzer, koper, lood, zilver, zink) en digitale dragers zoals videofilms hebben dezelfde temperatuur nodig, maar een luchtvochtigheid van 40% ± 2/3 %.

Zwart-wit films en foto’s (fotonegatieven, fotopositieven, kleurenafdrukken, glasnegatieven, diapositieven e.d.) moeten aanmerkelijk kouder worden bewaard: tussen de 16-18° C, bij een vochtigheid van 43-47%.

Kleurenfilms en –foto’s echter moeten nog kouder bewaard worden:  tussen de 3-6° C, en ook een stuk droger, met een vochtigheid tussen 33-37%.

Kilometers rails
Het depotgebouw is ingericht met de laatste technieken om kunstwerken goed te kunnen opslaan. Hier enkele cijfers op een rijtje:

Het depot beslaat 9.000 m2 bruto oppervlakte, waarvan 5.500 m2 om daadwerkelijk kunst op te slaan

Het depot bevat 8 kilometer rails

Er zijn 650 verrijdbare schilderijrekken van 3,5 meter hoog. Dat resulteert in circa 16000 m2 aan opslagcapaciteit voor schilderijen

Een deel van circa 1000 m2 heeft een dubbele hoogte, wat de capaciteit vergroot

Er is rond de 400 strekkende meter palletstellingen van 7,5 meter hoog.

Er zijn circa 1000 strekkende meter kasten van 3 meter hoog. Het grootste deel is verrijdbaar om optimaal van de ruimte gebruik te maken.