Nieuws — 5 jan 2008

8 februari t/m 12 mei 2008
Stedelijk Museum CS

Het Stedelijk Museum presenteert een overzicht van fotoagentschap en persbureau MAGNUM dat in 2007 60 jaar bestaat. MAGNUM levert tot op hedenfoto's die zich wereldwijd verankerd hebben in het collectieve geheugen, zoals de beelden van de intocht van het Russische leger in Praag, 1968 en de demonstraties op het Plein van de Hemelse Vrede in Beijing, 1989. In de tentoonstelling is per jaar de geschiedenis van MAGNUM zichtbaar aan de hand van foto's, boeken en teksten en kan het publiek werk zien van 83 fotografen, waaronder Robert Capa, Henri Cartier-Bresson, Carl de Keyzer, Martin Parr, Susan Meiselas en Leonard Freed.

MAGNUM werd in 1947 opgericht door Robert Capa, Henri Cartier-Bresson, George Rodger en David Seymour. Voor hen was fotografie hét middel om wereldgebeurtenissen te documenteren en het publiek aan te zetten tot nadenken. Met succes – de manier waarop de fotografen de achtergronden van het nieuws vastlegden is gezichtsbepalend gebleken. Het fotobureau kenmerkt zich door volledige onafhankelijkheid: keuze en lengte van reportages, beeldredactie en eigendomsrecht zijn in eigen hand en geven de fotograaf de status van auteur. Na de oprichting traden al snel andere fotografen toe, aangetrokken door de energie en de ethische principes van de oprichtersOp die manier ontstond een van de meest originele en prestigieuze samenwerkingsverbanden ter wereld.

De fotografen van het bureau waren en zijn aanwezig op ieder front, op alle continenten. Zij hebben de belangrijke momenten van onze tijd vastgelegd, van gewapende conflicten en revoluties tot alledaagse momenten en bijzondere persoonlijkheden. Dankzij hun inzicht en visie schiepen zij iconen die verspreid werden door de internationale pers en die zich bepalend waren voor de perceptie van het nieuws. MAGNUM-fotografen zijn zowel getuigen als kunstenaars, werkend vanuit intuïtie of uiteenlopende concepten. Zo was voor Henri Cartier-Bresson het ‘beslissende moment’ bepalend, rekende Raymond Depardon op ‘momenten van zwakte’ en bedreef Gilles Peress ’documentaire archeologie’. Martin Parrs werk is te benoemen als ‘consumentenclichés’, dat van Lise Sarfati als ‘innerlijke landschappen’.

De tentoonstelling MAGNUM – 60 jaar fotografiebestaat uit twee delen: een 45 meter lang fries waarop een lineair verslag van de activiteiten van MAGNUM gedurende zes decennia is weergegeven aan de hand van teksten, sleutelbeelden en originele boeken. Vervolgens stellen vier interactief aangestuurde projecties de bezoeker in staat alle fotografen die lid zijn (geweest) van MAGNUM door middel van zorgvuldig samengestelde beeldselecties te (her)ontdekken. 

Het Stedelijk presenteerde twee keer eerder een MAGNUM tentoonstelling. In 1964 lag de nadruk op het humanistische naoorlogse wereldbeeld dat door de eerste leden werd uitgedragen, aansluitend bij de collectie fotografie zoals die sinds 1958 in het museum gestalte had gekregen. In 1990 werd de eigen visie van de fotografen benadrukt. Die expositie weerspiegelde het grotere belang dat aan auteurschap werd gehecht in een tijd dat de gedrukte media het steeds meer moesten afleggen tegen de televisie. In de huidige expositie wordendie individuele visies ook gepresenteerd en sluiten ze aan bij het denken over de visualisering van de geschiedenis.

De expositie werd oorspronkelijk samengesteld en geproduceerd door de Rencontres Internationales d’Arles en Magnum Photos. Bij de tentoonstelling is het jubileumboek Magnum Magnum verkrijgbaar (564 pp., uitg. Thoth, € 150).