Nieuws — 19 apr 2004

Het Stedelijk Museum Amsterdam en de Universiteit Utrecht - als lid van de Onderzoeksschool Kunstgeschiedenis - starten met ingang van 2004 een samenwerkingsproject.

Daarbij worden getalenteerde jonge onderzoekers in staat gesteld een half jaar onderzoek te doen naar een belangrijk werk uit de collectie van het Stedelijk Museum. In dat half jaar bestudeert de onderzoeker (aan de hand van een duidelijke onderzoeksvraag) een aantal aspecten van een bepaald werk uit de collectie van het museum en formuleert hij/zij zijn bevindingen en conclusies in een artikel.

Na afronding en bij gebleken kwaliteit zal dit artikel door het museum gepubliceerd worden, mogelijk in samenhang met een kleine tentoonstelling, te organiseren in het Stedelijk Museum zelf en/of als reizende tentoonstelling elders.

Als vergoeding verstrekt de Onderzoekschool een beurs van Euro 7.500, waarvan de helft bij aanvang van de werkzaamheden beschikbaar wordt gesteld. De rest van het bedrag wordt uitgekeerd na de voltooiing van het door de opdrachtgevers geaccordeerde resultaat.

Werken die in het kader van dit project kunnen worden behandeld, zijn Gino Severini’s Train des blessés (1915) en Max Beckmanns Doppelportrait von Quappi und mir (1941). Het eerste is een laat voorbeeld van Severini’s kubo-futurisme en maakt deel uit van een grotere reeks werken uit de jaren van de Eerste Wereldoorlog met rijdende treinen als onderwerp. Het schilderij is afkomstig uit de collectie Van Assendelft uit Gouda en roept onder meer de vraag op naar de relatie Futurisme-Nederland. 

Het tweede schilderij is het enige dat door een Nederlands museum direct van Beckmann werd verworven op een totaal van drie van zijn schilderijen in Nederlandse openbare verzamelingen –een bescheiden aantal voor wie bedenkt dat de kunstenaar tien jaar in Nederland verbleef. Niet alleen de plaats van dit zelfportret in Beckmann’s oeuvre, maar ook de Nederlandse receptie van Beckmann en zijn verhouding tot het Stedelijk Museum, zouden in een onderzoek naar dit werk centraal kunnen staan.

De Onderzoekschool Kunstgeschiedenis en het Stedelijk Museum staan open voor alternatieve projectvoorstellen ten aanzien van stukken uit de collectie van het museum, mits voldoende relevant en beredeneerd voorgesteld.

De dagelijkse begeleiding van het onderzoek berust bij de afdeling Documentatie & Onderzoek van het museum, dat uiteraard de volledige medewerking van zijn bibliotheek en archief garandeert. Getalenteerde onderzoekers op het gebied van de moderne en eigentijdse kunst kunnen op het eerste stipendium solliciteren of door docenten kunstgeschiedenis van de verschillende bij de Onderzoekschool Kunstgeschiedenis aangesloten universiteiten worden voorgedragen, uiteraard op voorwaarde dat zij zijn afgestudeerd. 

De schriftelijke sollicitaties en voorstellen dienen voor 1 september 2004 te zijn binnengekomen bij de Onderzoekschool Kunstgeschiedenis p/a Kromme Nieuwegracht 29, 3512 HD Utrecht. Eind september 2004 zal een selectiecommissie de kandidaten beoordelen op hun geschiktheid.

Bij de sollicitatie of voordracht vragen wij u een c.v., scriptie en eventuele publicatielijst mee te zenden. Voor nadere inlichtingen kunt u contact opnemen met het Secretariaat van de Onderzoekschool Kunstgeschiedenis, schriftelijk op het hierboven genoemde adres ofwel per e-mail via OSK@let.uu.nl.