Onderdeel van de
tentoonstelling

In the Presence of Absence Voorstellen voor de museumcollectie

5 sep 2020 t/m 31 jan 2021

Kunstenaarspagina — 2 sep 2020

Aan de tentoonstelling In the Presence of Absence, voorstellen voor de tweejaarlijkse gemeentelijke kunstaankopen, nemen 23 kunstenaars(collectieven) deel. Deze kunstenaarspagina bevat een tekst over het werk en een kunstenaarsbijdrage.

The Future Ain’t What it Used to Be (2020) vertelt vanuit historisch en actueel oogpunt een verhaal over de trans-Atlantische textielhandel die door Nederland werd gedreven met Indonesië en West-Afrika. Het textiel speelt hierin niet alleen een rol als consumentenartikel. Het is ook een betekenisdrager aangezien de bedrukte stoffen gezien kunnen worden als een archief waarin de herinneringen van een land zijn opgeslagen, evenals de wereldwijde verbindingen die hebben bijgedragen aan de vorming van een nationale identiteit. Als deze stoffen op het lichaam worden gedragen, verbinden ze het persoonlijke met het collectieve van de samenleving. In The Future Ain’t What it Used to Be worden identiteit, politieke boodschappen en economische structuren aan de kaak te gesteld en bevraagd.

Aan de hand van deze textielgeschiedenis, brengt Farida Sedoc de dynamiek tussen cultureel erfgoed, politieke machtsstructuren, geld en globalisatie aan het licht. Sedoc kijkt specifiek naar de rol van vrouwen hierin: de afbeeldingen in The Future Ain’t What it Used to Be komen voort uit haar onderzoek naar hun positie en verwijzen naar de context van vrouwelijk ondernemerschap. Historisch gezien zijn vrouwen namelijk zowel de makers als de handelaren en dragers van deze stoffen. Door in haar zeefdrukken verschillende patronen en iconische afbeeldingen met elkaar te combineren en door elkaar heen te laten lopen, verbeeldt Sedoc hoe de persoonlijke en maatschappelijke verhalen intrinsiek met elkaar verweven zijn.

Illustratie door Haitham Haddad naar Farida Sedocs ‘The Future ain’t What it Used to Be’, 2020.
Illustratie door Haitham Haddad naar Farida Sedocs ‘The Future ain’t What it Used to Be’, 2020.

Sedoc daagt met haar werk regelmatig de klassieke structuren van de westerse kunst uit. Voorbeelden hiervan zijn het project Freetown Lounge (2017) en de installatie Electric Relaxation At The Belleville House (2019). In deze werken zet Sedoc door middel van scenografie het vastgeroeste idee van de white cube, het zogenaamd neutrale tentoonstellingsmodel, op zijn kop. Expressieve teksten op vloerkleden – zoals ‘sit down be humble’, ‘defend womanhood’ en ‘ownership is key’ – nodigen bezoekers uit om zich actief tot de ruimte, het getoonde werk en elkaar te verhouden. Wederom is textiel de drager van boodschappen, die in dit geval zijn ontleend aan de erfenis en evolutie van Zwarte muziek, protestuitingen en literatuur. Deze culturele referenties zorgen voor gelaagdheid en geven betekenis aan de ambitie om een omgeving te scheppen waar mensen met elkaar in contact kunnen komen.

Farida Sedoc (1980) studeerde aan het Sandberg Instituut in Amsterdam. Ze is kunstenaar, ondernemer en oprichter van haar eigen merk genaamd HOSSELAER. Werk van Sedoc was onder meer te zien in het Van Abbemuseum (Eindhoven), W139 (Amsterdam) en Het HEM (Zaandam).

Farida Sedoc, ‘The Future Ain't What It Used To Be’, 2019, collage op papier, 400 cm x 300 cm, zeefdruk op katoen elk 100 cm x 150 cm, Gentleman’s Agreement, Welcome To Society, The Sun Rises In The East). Foto Tom Janssen.
Farida Sedoc, ‘The Future Ain't What It Used To Be’, 2019, collage op papier, 400 cm x 300 cm, zeefdruk op katoen elk 100 cm x 150 cm, Gentleman’s Agreement, Welcome To Society, The Sun Rises In The East). Foto Tom Janssen.
Farida Sedoc, ‘The Future Ain't What It Used To Be’, 2019, collage op papier, 400 cm x 300 cm, zeefdruk op katoen elk 100 cm x 150 cm, Gentleman’s Agreement, Welcome To Society, The Sun Rises In The East). Foto Tom Janssen.
Farida Sedoc, ‘The Future Ain't What It Used To Be’, 2019, collage op papier, 400 cm x 300 cm, zeefdruk op katoen elk 100 cm x 150 cm, Gentleman’s Agreement, Welcome To Society, The Sun Rises In The East). Foto Tom Janssen.

Kunstenaarsbijdrage

Farida Sedoc, ‘It’s Funny How Money Changes A Situation: Exploring Female Figures in Hip Hop’, 2020. Collage. Met dank aan de kunstenaar.
Farida Sedoc, ‘It’s Funny How Money Changes A Situation: Exploring Female Figures in Hip Hop’, 2020. Collage. Met dank aan de kunstenaar.

‘Je diploma is je man.’ Toen ik opgroeide in Amsterdam kreeg ik dit vaak te horen van mijn moeder en tantes als ze door de keuken heen en weer liepen terwijl ze lachend en luid pratend met z’n allen stonden te koken. In het matriarchale Caribische milieu waarin ik ben opgevoed wordt onderwijs erg belangrijk gevonden. Gemeenschapszin, zelfkennis en financiële onafhankelijkheid waren bepalend voor je leven en toekomst als vrouw. Ik denk dat ik daarom ook meteen het beeld herkende van de Queen Mother of Hip Hop (de koningin-moeder van de hiphop) en me er zo door aangesproken voelde. Ik kende dit archetype, had het eerder gezien en van nabij meegemaakt. De vrouwelijke rappers die er als Afrikaanse iconen uitzagen door hoe ze zich kleedden en bewogen. Met hun liedteksten, waarin ze zichzelf omschreven als ‘Asiatic Black Woman’, ‘Nubian Queens’, ‘intelligent Black woman’ of ‘sista’s droppin’ science to the people’, verwezen ze naar hun cultureel gelaagde identiteit, waar ook ik in mijn jeugd mee experimenteerde en mijn weg in probeerde te vinden. Na te zijn ontstaan in het ‘gouden tijdperk’ is hiphop uitgewaaierd tot ver voorbij z’n oorspronkelijke, Amerikaanse grenzen en is het de stem geworden van jongeren over de hele wereld. De rijke geschiedenis van de hiphop speelt een belangrijke rol in mijn leven en heeft me sterk beïnvloed toen ik opgroeide: het heeft niet alleen mijzelf gevormd, maar ook wat ik doe op creatief vlak. Er stonden in die jaren innovatieve artiesten op die een nieuw geluid introduceerden in productie en songteksten, waardoor het genre zelfs nog krachtiger werd en enorm aansloeg bij het grote publiek. Al vanaf de jaren 1970, toen de stroming in de Bronx opkwam, waren er vrouwen actief binnen de hiphopcultuur en dat zijn ze tot vandaag de dag gebleven, als B-girls, vrouwelijke breakers, graffiti-kunstenaars, DJ’s en MC’s. Hun activiteiten hebben zich inmiddels uitgebreid tot het ondernemerschap, activisme en wetenschappelijke publicaties. Daardoor heb ik het geluk te kunnen putten uit de wetenschappelijke studies van verschillende vrouwen met een hiphop-mentaliteit. De eerste die mij te binnen schiet als ik aan een Queen Mother of Hip Hop denk is Sylvia Robinson. Zij maakt recht op de titel omdat ze hiphop van de grond hielp tillen als commerciële activiteit. Robinson was mede-oprichter van Sugar Hill Records, die verantwoordelijk was voor de eerste hiphop mega nummer-één-hit ‘Rappers Delight’ van The Sugar Hill Gang, gevolgd door ‘The Message’ van Grandmaster Flash & The Furious Five, een hiphop klassieker die je de eerste maatschappijkritische rapsong zou kunnen noemen. Daarvóór was hiphop al enorm populair in NYC en waren er veel getalenteerde DJ’s en MC’s, maar niemand had een plaat kunnen maken, totdat Robinson de weg daarvoor vrijmaakte binnen de platenindustrie. Zij was zelf artiest en had in de top 40 gestaan met haar nummer ‘Pillow Talk’, een zwoele zacht gevooisde track. Het was duidelijk dat ze van muziek hield, er een goede neus voor had en verder vooruit keek dan wijzelf. Het zine duikt de hiphop-cultuur in als muziekstijl, maatschappijkritiek en economische macht, met speciale aandacht voor de vrouwelijke stemmen binnen het genre. Ik wil het hebben over het belang van hun boodschap en over de verschillende vrouwelijke archetypes die binnen het genre naast elkaar kunnen bestaan, en doe dit aan de hand van de opkomst van drie iconische rapsterren, die ieder staan voor een periode van twintig jaar en de belichaming zijn van wat er in die tijd veranderde, zowel in de muziek zelf als wat betreft de zakelijke kant. Ook om te zien hoe hun talent en gedrevenheid tot financieel succes leidde en in hoeverre dit bijdroeg aan hun ontwikkeling van artiest tot ondernemer. De boodschap die zij hun carrière lang uit droegen over jezelf leren kennen, het kunstenaarschap, je maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen. Zoals zangers hun stem en musici hun instrument hebben, is het belangrijkste ruilmiddel van de MC het eigen verhaal – dat maakt wat zij te zeggen hebben zo waardevol voor komende generaties.